Een jaar of drie geleden besloot ik mijn vriendin bloot te stellen aan één van mijn all-time favoriete komedies: Coming to America. De film is een dierbare jeugdherinnering, en elke keer als ik ‘m voorbij zie komen op TV blijf ik hangen. Ik ken veel vrienden die favoriete quotes en momenten moeiteloos oplepelen. Mijn vriendin was minder onder de indruk. Ze kende de film niet, en het missen van dat beetje jeugdsentiment bleek cruciaal. Maar wat als je meer dan dertig jaar later een vervolg maakt, en dat jeugdsentiment blijkt het belangrijkste onderdeel van je film?
“Well, look at us. Just one big happy Zamundian-American aristocratic blended family.”
Prins Akeem (Eddie Murphy) geniet van zijn gezin in het Afrikaanse koninkrijk Zamunda. Daarin komt verandering als zijn vader Koning Jaffe Joffer (James Earl Jones) merkt dat het einde nadert. Jaffe is ontevreden omdat Akeem niet voor een mannelijke troonopvolger heeft kunnen zorgen. Akeem heeft wel drie getalenteerde dochters, maar de troon wordt alleen overgedragen aan een zoon. Jaffe onthult dat Akeem een zoon heeft in Amerika, het product van een uit de hand gelopen seksuele ervaring die hij zich door drugs niet meer kan herinneren. Deze Lavelle (Jermaine Fowler) zou het antwoord kunnen zijn op Akeem’s probleem. Akeem’s oudste dochter Meeka (KiKi Layne) is teleurgesteld, ze had gehoopt haar vader ooit op te volgen. Ondertussen heeft Generaal Izzi (Wesley Snipes), de leider van het buurland Nexdoria, snode plannen om Akeem van de troon te stoten.
Wat maakte de eerste film zo goed? Een tweetal naïeve en schatrijke Afrikanen gaat naar America en probeert undercover de ideale prinses voor een prins te vinden. Door hun ogen kreeg de Amerikaanse kijker een spiegel voorgehouden over rijkdom, armoede, de maatschappij, vooroordelen en opportunisme. En dit alles met een flinke dosis humor en Eddie Murphy in bloedvorm. De film werkte door de voor de kijker bekende setting. Dit vervolg doet ongeveer hetzelfde maar draait de setting om. Arme jongeman uit New York gaat naar rijk (fictief) Afrikaans land. Maar de maatschappelijke spiegel is deze keer uiterst troebel. Het niet bestaande Zamunda zorgt ervoor dat de grappen die voortkwamen uit herkenbaarheid deze keer uitblijven.
De film makers zetten hard in op de nostalgie-factor. Zelfs als een karakter uit de eerste film geen nut heeft in dit vervolg is er toch ruimte voor een scene. Elke keer als je zo’n knipoog uit het verleden voorbij ziet komen is het net alsof de makers je willen smeken om je weer te herinneren hoe leuk je de eerste film vond. Dit zorgt ervoor dat de film nooit helemaal lekker gaat lopen en op eigen benen kan staan. Wat ook niet helpt is dat men deze keer qua humor meer op veilig speelt. Het Algemeen Dagblad was enorm ontdaan van het feit dat Akeem onder invloed van drugs min of meer was verkracht. Dat soort humor kan anno nu toch niet meer? Ik zag de scene vooral een flauw, en de rest van de film doet zijn uiterste best om niet gecanceld te worden vanwege vermeend seksisme.
De cast doet zijn best er een feestje van te maken. Eddie Murphy is redelijk genietbaar in deze rol. Akeem maakt een aantal verkeerde beslissingen, maar blijft een sympathieke man. Je weet dat hij aan het einde van de film de juiste keuzes zal maken. Ook was het feit dat zijn vriend Semmi (Arsenio Hall) weer van de partij zou zijn een reden om naar deze film uit te kijken. Toch is de wisselwerking tussen Murphy en Hall deze keer iets minder vlot. De jaren zijn gaan tellen en het script geeft hen ook minder om te doen. Arsenio was in de eerste film hilarisch omdat hij tegen wil en dank in Amerika zat. Nu is hij vooral een onderdeel van het nostalgische decor, zijn karakter voegt niet per se iets toe aan het plot. Een blije uitzondering is Wesley Snipes die duidelijk lol in zijn ridicule bad guy rol had. Verder is er een sloot aan cameo’s van beroemde donkere artiesten die de film een hoog camp gehalte geeft.
Conclusie
Is Coming 2 America ondanks mijn klachten een slechte film? Nee, hij is voornamelijk overbodig. Het eerste deel was een klassieker, en het vervolg heeft niets zinnigs daaraan toe te voegen. Het laat ook zien dat veel van wat die film toen leuk maakte nu niet meer kan zonder dat de film vervolgens het gevoel heeft één en ander uit te moeten leggen. Als een karakter in de eerste film een seksist of ranzig was, dan liet die film ons dat ervaren. Men vertrouwde erop dat het publiek dat zelf ook wel zou begrijpen. In deel twee legt de film nog twee keer uit dat een karakter een vies mannetje is, voor de veiligheid. Stel je voor dat een twitteraar of AD journalist anders boos gaat worden… De nostalgische trip was hier en daar aardig, maar de volgende keer kijk ik liever deel één gewoon nog een keer.
Be the first to comment