Tick, Tick… Boom!

Ik hoorde iemand over deze film zeggen dat het een film voor toneelnerds door toneelnerds is. Zelf bracht ik veel van mijn studententijd door met vrienden in mijn eigen theatergroep. Dit soort groepen hebben hun eigen humor, dynamiek, zijn behoorlijk incrowd en toch weer universeel herkenbaar voor andere theatermensen. En het moet gezegd, ik herkende een hoop in deze film: ten goede en ten kwade…

“Everything you are about to see is true… except for the parts Jonathan made up.”

We gaan terug naar het begin van de jaren ’90, waar Jonathan Larson (Andrew Garfield) zijn monoloog Tick, Tick… Boom! begint, muzikaal ondersteunt door zijn vrienden Roger (Joshua Henry) en Karessa (Vanessa Hudgens). Hij vertelt hoe hij jaren daarvoor worstelde met zijn droomproject, een musical genaamd Superbia. Door een baantje in de Moondance Diner in SoHo kan hij de huur net aan betalen, maar hij is ook laks met zijn geld en geeft veel feestjes voor zijn artistieke vrienden. Zijn beste vriend en huisgenoot Michael (Robin de Jesús) heeft de droom op een acteercarrière al laten varen en kiest voor een riante baan en nieuw appartement. Ook Jonathan’s vriendin Susan (Alexandra Shipp) overweegt een baan als docente aan te nemen. Jonathan krijgt het gevoel dat hij een keuze opgedrongen krijgt. Moet hij door gebrek aan succes ook eieren voor zijn geld gaan kiezen?

Dat de verfilming van Tick, Tick… Boom! een project is dat veel liefhebbers aan het hart ging zie je terug in de cameo’s. Regisseur en producent Lin-Manuel Miranda weet veel mensen die onderdeel waren van Larson’s leven en zijn musicals via cameo’s een momentje te geven. Het lijkt erop dat er vanuit de theaterwereld veel support was voor deze film. En het begin van de film, waarin diverse artistieke jongeren dromen van een carrière, maar ook op een make or break moment zijn aanbeland zal velen bekend voorkomen. Het feit dat Larson nog niet wil opgeven siert hem. Hij projecteert zijn keuzes en twijfels echter op zijn vrienden die hij daardoor tekort doet, vooral zijn vriendin Susan. Garfield gaat duidelijk diep voor deze rol, en overtuigt als acteur, muzikant, danser en alleskunner vol dromen. Maar hij geeft Larson ook een arrogant en hautain randje mee die me vaak de sympathie voor het karakter deed verliezen.

Verder speelt de aidsepidemie uit die tijd een rol. Eerder dit jaar zag ik over deze tijd het overtuigende en genadeloze It’s a Sin. Tick, Tick… Boom! stipt deze zwarte tijd voor een complete gemeenschap ook aan door Jonathan te laten vertellen over vrienden die verloren zijn gegaan, en hij krijgt een schok te verwerken als zijn beste vriend Michael Hiv-positief blijkt te zijn. Het is alleen jammer dat we dit niet via Michael mogen beleven, maar dit element vooral gebruikt lijkt te worden als ondersteunende motivatie voor Jonathan. Hierdoor voelt dit onderdeel van dit verhaal toch niet geheel oprecht aan, en slaat daardoor emotioneel minder hard in.

Conclusie:
Tick, Tick… Boom! is een film waar de passie en liefde van de makers vanaf spat. Het gelijknamige stuk gebruiken en bewerken om er uiteindelijk een biografische film van te maken werkt grotendeels prima. Veel van mijn toneel en studievrienden zullen zich hierin kunnen herkennen en zouden ongetwijfeld graag onderdeel willen zijn van de incrowd rond de Moondance Diner. Tegelijk mis ik een aantal zaken. De film was denk ik sterker geworden als men iets meer liefde en aandacht had gehad voor de bijrollen. Liefde en aandacht die de filmversie Jonathan af en toe ook had moeten geven aan zijn naasten. Die realisatie is niet iets dat Jonathan een beter mens lijkt te maken, maar meer een beloning die hem een carrière oplevert. Dat wringt toch een beetje. Desondanks voor theaterliefhebbers en toneeldieren een aanrader.

Be the first to comment

Leave a Reply

Your email address will not be published.


*