Jet kijkt met… Jan (the Boondock Saints)

Voor de allereerste ‘Jet kijkt met…’ kon ik eigenlijk niet anders dan Pro-test-oprichter Jan uitnodigen. Ik vroeg hem of er een film was die hij nog nooit had gezien, terwijl hij die (volgens hemzelf) wel gezien zou moeten hebben. En zowaar, een dergelijke film bestond! Niet zozeer een klassieker, maar een makkelijke wegkijkfilm die al vele malen op TV is geweest: The Boondock Saints (Troy Duffy, 1999).

Het verhaal
Twee Russische criminelen laten het leven na een uit de hand gelopen vechtpartij in een kroeg in Boston. De Ierse broers Connor en Murphy McManus (Sean Patrick Flanery en Norman Reedus) melden zich de volgende dag op het politiebureau, waar ze worden onthaald als helden – of beter gezegd: als heiligen. Overtuigd dat ze handelen in opdracht van God leggen ze een reeks mafiosi om, geholpen door inside funny man Rocco. FBI-agent Paul Smecker (Willem Dafoe) raakt de broers op het spoor, maar hoe meer hij te weten komt, hoe meer hij begint te geloven dat de Saints het bij het juiste eind hebben.

Jan, waarom heb je The Boondock Saints nog nooit gezien?
“Sja, geen idee. Hij kwam nooit op TV voorbij als ik zat te zappen (zoals pak ‘m beet First Knight of Legends of the Fall), en is te ouderwets om te streamen. Ooit heb ik een stukje van The Boondock Saints 2 gezien, maar dat heb ik snel uitgezet omdat ik de eerste nog nooit had gezien. Het lijkt me een coole film, maar het is er nog nooit van gekomen.” Jan, neem van me aan: hoe vaak je The Boondock Saints ook kijkt, waag je nóóit aan het vervolg (brrrr).

Wat verwacht je van de film?
“Een jaren negentig actiefilm met humor. Misschien een beetje Quentin Tarantino-esque?”

Waarom wil je de film zien?
“Jij en Youri (voormalig medewerker Pro-test, HP) zijn al jaren verbaasd over het feit dat ik ‘m nog niet heb gezien. Dus dit kan alleen maar heel tof worden!” Jan valt even stil. “Of tegenvallen.”

The Boondock Saints: 108 minuten
Geheel in jaren negentig stijl verwachten we aan het begin van de film een BREIN-muziekje, maar helaas, die komt niet. Nou, dan neuriën we ‘m zelf wel. Op het moment dat de naam ‘Willem Dafoe’ in beeld komt, zegt Jan (ooit fanatiek kijker van How I Met Your Mother) in lage kikkerstem “Willem” en verwacht dat ik ‘m aanvul met een hoge papagaai: “Dafoe”. Goed, de toon is gezet: dit zal de hele film door aanhouden.

Wat opvalt is dat de film erg jaren-negentig aanvoelt en we vragen ons af waardoor dit komt. Misschien door het kerkthema binnen het crimegenre, zoals je ook zag in verschillende gangsterfilms uit die tijd? Omdat een excentriek personage geweld en klassieke muziek combineert, zoals in een andere bekende jaren ’90 crimefilm? Door het oneindige gerook? Door de pager, de draaischijftelefoon en de discman (wat ons vervolgens een korte flashback oplevert naar ons eigen draagbare muziek-gebruik)? Naast dit alles zal het vast ook iets te maken hebben met de gedateerde kleding, de matte kleuren in veel scènes en het typische stabiele cameragebruik, afgewisseld met veel slow motion en lekker-afwijkende camerahoeken.

Jan is überhaupt niet echt een vocale filmkijker, dus veel commentaar krijgt de film niet. Soms zit hij helemaal in de film, maar op andere momenten is hij makkelijk afgeleid. Het schommelt nogal – net zoals de film zelf, realiseer ik me nu ik ‘m opnieuw kijk. De scènes zitten losser aan elkaar dan ik me herinner, en sommige halen je uit het verhaal omdat ze te veel slow motion gebruiken of omdat het acteerwerk wat rammelt. Desalniettemin blijft de film erg quotable en zijn veel scènes nog steeds zeer vermakelijk: de kat, die onverwacht (á la Marvin in Pulp Fiction) kapotgeschoten wordt; de ‘Tell me a joke’-scène; het stuk waarin de broers binnenvallen bij de Russische maffia, en daarnaast ook de algemene wisselwerking tussen beide broers. Maar vooral Willem Dafoe is de moeite waard: hij gaat er helemaal voor (ook in drag) en tilt de film naar een hoger niveau (en dat heeft niks te maken met het continue ge-WILLEM en ge-DAFOE).

Conclusie
Jan concludeert na afloop dat hij waarschijnlijk al iets te veel van dit soort crimefilms heeft gezien, en dat hij The Boondock Saints waarschijnlijk hoger beoordeeld zou hebben als hij de film had gezien toen deze uitkwam. Wat mij aan het denken zet: hoe bepalend is het moment waarop je een film ziet? Een film hoeft niet altijd vernieuwend te zijn ten opzichte van eerdere films die je keek; een film die een hele rits cliché’s gebruikt, is niet per definitie slecht of onvermakelijk, het ligt er aan hoe ze worden gebruikt.

Ligt het dan aan de leeftijd waarop je een film ziet? The Boondock Saints kwam uit in 1999. Misschien vind ik er een zekere nostalgie in terug omdat de film een bepaalde stoerheid van toen in zich heeft, een stoerheid die je zoekt als je 18 jaar bent – zoals (in nog grotere mate) in jaren ’90 films van Guy Ritchie, Quentin Tarantino, Robert Rodriguez en Danny Boyle. Blijven films die je rond die leeftijd ziet gewoonweg beter bij je, als onderdeel van de fundering voor je verdere filmkijkend leven? Als dat het geval is, vormde Willem Dafoe in elk geval een deel van die basis – zowel als excentrieke FBI-agent in The Boondock Saints als de veel naardere Bobby Peru in Wild at Heart. Oeh, da’s ook lang geleden! Hmm, zou Jan die al gezien hebben? Willem…

1 Comment

  1. Goedemiddag Jet,
    Bedankt voor je boeiend artikel!
    Het herinnerde mij aan een boek dat ik ooit las van Jessica Stern uit 2003, ‘Terror in the name of God …’ In mijn PC vond ik o.a. het volgende citaat van blz. xvii genoteerd (Ned. vertaling van mij): “Het is mogelijk om de gevoelens die tot terrorisme leiden te begrijpen en plaatsvervangend te delen –
    indien slechts kort –
    en toch te handhaven dat de handelingen van de terrorist immoreel zijn, of zelfs slecht.” Daar ben ik het helemaal mee eens.
    Succes gewenst bij dit initiatief.

Leave a Reply

Your email address will not be published.


*