Sommige films hebben last van meervoudige persoonlijkheidsstoornis. Ze weten niet precies wat ze willen zijn, en wedden op teveel paarden. The Spy Who Dumped Me is een mooi voorbeeld. Deze film is een Buddyfilm, chickflick, spionagefilm en comedy met grove humor ineen. In de handen van capabele schrijvers en een visionair regisseur had zoiets misschien kunnen werken, maar of dat hier ook het geval is?
“Has anyone ever told you you’re a bit much?”
Audrey (Mila Kunis) en Morgan (Kate McKinnon), twee alles in hun leven delende allerbeste vriendinnen, komen onverwachts in een internationale samenzwering terecht wanneer Drew (Justin Theroux), de ex-vriend van Audrey, opduikt in hun appartement. Hij blijkt al jaren te werken als geheimagent en is op missie. Drew werd echter achtervolgt, en zijn tegenstanders zijn niet van het subtiele soort. Drew legt het loodje, maar niet voor hij Audrey op het hart drukt zijn missie over te nemen en een pakket af te leveren in Wenen. Opgejut door Morgan besluit Kate de missie van Drew af te maken en vertrekt het duo naar Europa, met de Amerikaanse, Britse geheime diensten en diverse misdadigers achter hun aan.
Ooit was er een James Bond film met een titel die zich kennelijk enorm makkelijk leende voor persiflages. Ik hoop dat dit de laatste film is die dat doet. Dat gezegd hebbende moet ik zeggen dat ik snel onder de indruk was van de actiescènes. De vuurgevechten zijn niet misselijk, en de diverse vechtpartijen zijn werkelijk botten-krakend. Voor een parodie op het spionagegenre neemt de film zichzelf best serieus. Zo serieus dat je je af kan vragen hoe de twee vriendinnen het er levend vanaf kunnen brengen. Audrey is een dame die niet echt weet wat ze van het leven wil, en daardoor nooit haar potentieel heeft kunnen aanboren. Dat ze door deze gebeurtenissen ineens het beste uit zichzelf weet te halen lijkt een logisch verhaalelement. Maar de actie is zodanig hard dat het af en toe moeilijk viel te rijmen met de koddige gesprekjes en persoonlijkheden van de dames.
Het grote probleem van deze film is het karakter Morgan, gespeeld door Kate McKinnon. McKinnon speelt in bijna al haar films hetzelfde typetje: een vreemde excentriekeling die het altijd goed bedoelt maar door haar rare strapatsen ook voor problemen zorgt. Vanaf letterlijk de eerste scene dat ze het beeld in wandelt is ze weer zo raar dat ze niet in de film lijkt te passen. Het ene moment is de film een tamelijk harde spionagefilm, en dan is daar ineens weer McKinnon wiens karakter de intelligentie en aandachtsspanne heeft van een opgewonden Jack Russel. Vond je McKinnon in films als Ghostbusters en Girls Night Out leuk, dan kom je hier ook wel aan je trekken. Ik irriteerde me dood aan haar in deze film. De momenten waar ze niet in zit werkten voor mij het beste. Als comédienne in SNL heeft ze haar sporen zeker verdient, maar een geloofwaardig mens neerzetten in een film is haar nog niet heel vaak gelukt. Haar personages lijken nooit thuis te horen in de film waarin ze rondbanjeren.
Deze film probeert ook het geeikte chickflick thema van “vriendinnen door dik en dun” uit te spelen. In een aantal scenes legt men het BFF ideaal er lekker dik bovenop. Ongetwijfeld zal de doelgroep dat leuk vinden. Maar makkelijk is het allemaal wel. De vriendschap wordt in de film nergens getest, komt nooit in gevaar en kent eigenlijk geen enkele kritische kanttekening. Morgan lijkt een beetje van haar stuk als in een flashback blijkt dat Drew haar ooit en “tikkeltje overdreven” noemde. Een vrij terechte opmerking, maar de kans op enige persoonlijke groei van het karakter wordt direct afgestompt. Script en regie proberen aan te stippen dat dit een lullige opmerking zou zijn geweest van Drew. De vriendinnen steunen elkaar door dik en dun, ook als Morgan af en toe een volslagen idioot is.
Conclusie
The Spy Who Dumped Me heeft twee dingen die ik kon waarderen: vaardige actiescènes en een prima bijrol van Sam Heughan als Brits geheim agent waarvan je lange tijd niet weet aan wiens kant hij staat. Maar de vaart die de film zeker heeft wordt er net iets te vaak uitgehaald door de rare fratsen van McKinnon en de overkill aan genres die de film wil aanboren. Ook jammer is dat de film lang niet zo grappig is als hij had kunnen zijn. Zo zien we bijvoorbeeld Gillian Anderson, Jane Curtin en Paul Reiser in grappige bijrollen waarvan je graag meer had willen zien. En alle drie bewijzen ze dat je ook op een ietwat subtielere manier grappig kan zijn, een les die Mckinnon nog moet leren. Deze film heeft een paar momenten, maar is uiteindelijk een net niet product. Wellicht alleen geschikt voor grote groepen niet heel kritische vriendinnen tijdens een wild avondje uit.
Be the first to comment